Hyronimus over gevoelens bij dieren
Vandaag wilde ik weer een gesprek met Hyronimus voeren. Ik heb hem al een hele tijd niet meer gezien en liep met Kaila te wandelen op de hei en dacht aan hem. En ik dacht het zou bijzonder zijn als hij zich hier nu even liet zien of horen. Enkele minuten later hoor ik de buizerd met zijn welbekende roep, heel bijzonder. Hij staat dus open voor een gesprek als ik weer thuis ben.
M: Wat fijn om weer met je te kunnen communiceren.
H: Fijn dat jij ook weer wat van je liet horen. Heb je een specifieke vraag of zal ik wat vertellen?
M: Leuk als jij wat vertelt, verras me maar.
H: Jij wilde praten over gevoelens bij dieren, maar besloot dat toch niet te doen, omdat je je onzeker voelt over het onderwerp. Maar dat is niet nodig. Ik zal proberen er wat in het algemeen over te vertellen.
Als je spreekt over dieren en gevoelens moet je ook spreken over vormen van bewustzijn. En daarvoor is het nodig om onderscheid te maken tussen verschillende diergroepen. Vissen hebben andere soort gevoelens dan hoefdieren en prooidieren hebben andere soort gevoelens dan roofdieren. Zo zijn er heel veel verschillen tussen de dieren en kun je totaal niet spreken over dieren als een homogene groep. Dat zal ik dan ook niet doen.
Ik noemde net de vissen als eerste, maar ik zou willen beginnen bij insecten. Maar ook daar zijn de verschillen groot, overigens de overeenkomsten ook. De insecten is een hele grote groep van dieren die heel nuttig en belangrijk zijn voor de Aarde. Binnen de insecten heb je ook prooidieren en roofdieren. Over het algemeen kun je de prooidieren binnen de insecten gevoelens van pijn en angst toeschrijven maar op een wat ‘doof’ niveau. Ze hebben geen sterk pijn gevoel, meer een soort onaangenaam gevoel. Datzelfde geldt ook voor angst, het is een wat ‘vlakke’ angst, niet heel diep. Voor de roof insecten zou je kunnen kijken naar gevoel van ‘extase’, een heel verkeerd woord, maar ik zal proberen het te omschrijven. Als een roofinsect een prooi besluipt en erin slaagt het te verorberen geeft dat een heel goed gevoel, verder gaand dan alleen maar ik heb lekker gegeten. Het is de overwinning die belangrijk is, niet het eten op zich.
Dan kun je bij de insecten ook kijken naar welk gevoel ze bij mensen opwekken. Kijk naar het verschil tussen een wesp en een vlinder. Een wesp wekt al snel een vorm van afschuw of angst op, die zelden gebaseerd is op eigen ervaring, maar meer afhankelijk van de beeldvorming. Bij een vlinder denk je al gauw aan iets vluchtigs maar ook vrolijks, toch zijn veel vlinder larven enorme roofdieren. Helemaal niet zo ‘vlinderachtig’ als een vlinder lijkt te zijn.
Over het algemeen kun je zeggen dat naarmate dieren hoger ontwikkeld (complexer gebouwd) zijn, zien we dat ze ook complexere en meer gevarieerde gevoelens kunnen hebben
Gaan we naar de vissen, hoewel het onderwerp insecten nog lang niet is uitgewerkt, zien we daar een groot gevoel van eenheid, de individuen bestaan er nauwelijks. Het is een grote soort groepsziel maar dan in kleine losse onderdelen. Natuurlijk gaat dit niet op voor alle vissen, je hebt hele scholen vissen en dat is wat ik hierboven bedoelde. Maar er zijn ook veel individuele vissen. Wel hebben alle vissen gemeen dat ze ook nadrukkelijk pijn kunnen voelen, als ze stikken omdat ze te lang buiten het water gehouden worden is dat een hele pijnlijke ervaring voor ze. Dat is geen ‘dove’ afgezwakte pijn voor ze, maar echt een scherpe pijn, die echt als pijn voelt. Dat zijn de meeste mensen zich totaal niet bewust. Als dat wel zo was, zou men een geheel andere visvangst willen voorstaan. Angst zit niet zo erg in de vissen groep, hoewel de prooivissen wel degelijk een vorm van angst kennen. Bij vissen is het onderscheid tussen prooi en roof niet zo groot. Juist afhankelijk van de grootte van de soort is het een roofvis voor de kleinere soorten en een prooi voor de grotere soorten.
Dan kom je bij de groep zoogdieren in het water, zij hebben nog een heel ander soort gevoel, ze kunnen plezier ervaren en natuurlijk ook het tegenovergestelde daarvan, daardoor kunnen deze dieren zich ook ‘zwaar’ op de hand voelen. Het beste voorbeeld van plezier bij deze zeezoogdieren zijn de dolfijnen die bijna altijd plezier uitstralen. Dolfijnen behoren tot de walvisachtigen, waar gevoelens van een heel hoog ontwikkeld niveau zijn. Ze hebben een breed scala aan gevoelens van pijn, fijn, plezier en neerslachtigheid. Ze kunnen ook rouwen, dat kunnen vissen niet.
Over het algemeen kun je zeggen dat naarmate dieren hoger ontwikkeld (complexer gebouwd) zijn, zien we dat ze ook complexere en meer gevarieerde gevoelens kunnen hebben.
M: Dat is een heel college geworden en ik snap dat dit pas het begin is als je alle soorten dieren wilt doorlopen inzake hun mogelijkheden tot het hebben van gevoelens. Zullen we dat een andere keer doen?
H: Dat is prima. Het is veel informatie en misschien niet zo gestructureerd als anders, maar het is ook zoveel dat ik nu vooral wat voorbeelden heb opgesomd. Dank je wel.
250507
Interessant onderwerp. Ik wacht op het vervolg.