Kaila 6: Kaila past op Eddy
Ik ben al ruim een week stevig ziek, met hoge koorts, en in die periode is er een dag waarop Kaila niet van mijn zijde wijkt. De vierde dag van de hoge koorts, ligt Kaila naast me in bed en blijft de hele dag naast me liggen, ze beweegt zich niet. Als er iemand aankomt, tilt ze haar kop op en blijft liggen. Alleen voor uitlaten en eten, verlaat ze me even. Aan het einde van de middag krijg ik nieuwe antibiotica van de huisarts en die slaan meteen aan. De rest van mijn ziekte dagen is Kaila weer normaal, maar niet zoals die ene dag. Ik wil Kaila vragen wat er toen gebeurde bij haar.
M: Dag Kaila, het is alweer maanden geleden dat we met elkaar gesproken hebben. Kunnen we weer een keer praten?
K: Ja graag. Ik mis onze gesprekken wel een beetje.
M: Sorry Kaila, ik heb niet zo het gevoel gehad, omdat we zo close zijn, dat we ook regelmatig moeten praten. Je mag me gerust daarop aanspreken als je behoefte hebt aan een gesprek.
K: Dat is OK. In het begin had ik veel behoefte aan bevestiging dat ik het goed deed, maar nu weet ik wel ongeveer hoe jij het wilt en hoe ik het wil. Zo zijn we wel een team. Maar je hebt een speciale vraag voor vandaag?
M: Ja, ik begin me nu weer een beetje beter te voelen, maar jij hebt bijzonder gedrag laten zien op een bepaald moment dat ik ziek was. Ik bedoel die ene dag dat je alleen maar bij mij in bed lag, naast mijn hoofdkussen en je week niet van mijn zijde, ook niet als er bezoek kwam. Dat was heel uitzonderlijk gedrag voor mij om te zien. Je gedroeg je als een professionele hulphond.
K: Ja, ik weet welke dag je bedoelt, maar kunnen we even pauzeren tot het vrouwtje haar eten op heeft en ik niet hoef te hopen tot ik iets krijg? Bij jou weet ik dat ik altijd wat krijg, maar het vrouwtje is daar strenger in, maar ik blijf hoop houden. Dus even wachten, dan kan ik me zo concentreren op ons gesprek.
K: De speculaas is op, dus we kunnen verder praten en ik kan me concentreren op jouw vraag. Over die ene dag, zoals je zei, jouw vierde dag met hoge koorts. Ik merkte dat het echt slecht ging met jou en dat er geen verbetering wilde optreden. Je was steeds verder uitgeput geraakt en dat zag ik aan je omvang. Dan bedoel ik niet je fysieke omvang, maar je lichtlichaam om je heen. Dat schrompelde in en dat lichtlichaam heb ik bewaakt.
Je lichtlichaam om je heen schrompelde in en dat lichtlichaam heb ik bewaakt
Door mijn lichtlichaam met die van jou te vermengen, kon ik het schrompelen stoppen. Dat was een belangrijke dag voor jou, want je ging veel te hard achteruit. Gelukkig ging het ’s avonds en ’s nachts meteen beter met je en zag ik de volgende dagen je lichtlichaam langzaam weer groeien en glans krijgen. Daarna had je mij niet meer nodig naast je en daarom was ik de dagen daarna weer veel vrijer om te zijn waar ik wilde zijn en dat hoefde niet meteen naast je te zijn. Maar die dag moest ik heel dicht bij je hoofd liggen en dat heb ik gedaan. Ik ben heel blij dat je weer beter gaat worden.
M: Dank je wel dat je dat voor me deed. Was dat noodzakelijk, was er een kans geweest dat ik dood had kunnen gaan?
K: Dat weet ik niet, dat is ook niet aan mij daar een oordeel over te hebben. Ik zag alleen dat ik je kon en moest helpen omdat het zo slecht met je ging en dat heb ik kunnen doen en daar ben ik blij om.
M: Dank je heel erg lieve Kaila, je bent een echte vriend en hulphond.
K: Graag gedaan.
M: Wil je nog iets zeggen Kaila?
K: Graag volgende keer iets eerder komen praten en ik zal je wel aan je broek trekken als ik een keer wil praten en je doet het niet.
M: Afgesproken.
K: Afgesproken.
211212